Voortgang uitwerking hervorming arbeidsmarkt 

door Judith Tersteeg

Op 3 april heeft minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) een brief gestuurd aan de Tweede Kamer over de voortgang met betrekking tot de uitwerking van het arbeidsmarktpakket. Dit pakket moet leiden tot hervorming van de arbeidsmarkt. Doel van de hervormingen is voornamelijk het creëren van duurzame arbeidsrelaties in een wendbare en flexibele arbeidsmarkt.  

Een aantal belangrijke speerpunten uit het beleid zijn: 

  • Een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) voor zelfstandigen 
     

  • Oproepcontracten zoals nuluren- en min-/maxcontracten worden afgeschaft. Er komt een basiscontract met daarin een minimaal aantal uren dat de werknemer wordt ingezet. Scholieren en studenten met een bijbaan kunnen nog wel blijven werken met de huidige oproepcontracten 
     

  • Uitzendkrachten krijgen sneller dan nu, namelijk na 52 gewerkte weken, een contract met meer zekerheid bij het uitzendbureau.  
     

  • De ketenregeling wijzigt: de huidige onderbrekingstermijn van 6 maanden die geldt voor ketens van tijdelijke contracten komt te vervallen. Er komt een vervaltermijn van 5 jaar. Dat betekent dat als er tussen twee arbeidsovereenkomsten met dezelfde werkgever een periode van vijf jaar of langer zit, de keten van tijdelijke contracten opnieuw begint. 
     
    Bij CAO mag ook niet langer worden afgeweken van duur en aantal contracten en ook mag niet meer worden afgeweken van de duur van de ketenbepaling.   
     

  • Er komt eerder duidelijkheid voor kleine en middelgrote werkgevers over de re-integratieverplichtingen van langdurig zieke werknemers. Ze krijgen na één ziektejaar duidelijkheid of de re-integratie zich volledig kan richten op tweede spoort zodat ze kunnen zorgen voor duurzame vervanging van deze zieke werknemer. Werkgevers blijven wel gewoon verantwoordelijk voor twee jaar loondoorbetaling bij ziekte en voor het verloop van het re-integratieproces. 
     

  • Er komt een Crisisregeling Personeelsbehoud (CP) (voorheen: deeltijd-WW). Werkgevers kunnen hier maximaal 6 maanden aanspraak op maken als ze tenminste 20% minder werk hebben over de gehele onderneming. De regeling is bedoeld voor het opvangen van crises en calamiteiten die buiten het reguliere ondernemersrisico vallen (zoals de Covid-19 pandemie). Over het aantal niet-gewerkte uren wordt 80% loon betaald (waarbij het totale loon niet meer dan 10% mag dalen en het inkomen van de werknemer niet lager ma zijn dan het wettelijk minimumloon). De werkgever krijgt dan een tegemoetkoming van 60% voor de loonkosten van de niet-gewerkte uren aanvragen.  
     

  • Er worden maatregelen genomen ter voorkoming van schijnzelfstandigheid. Zo worden enkele fiscale verschillen tussen werknemers en zelfstandigen verkleind. Het kabinet wil ook de regels rondom de kwalificatie van de arbeidsrelatie verduidelijken, deze beter opeisbaar maken en hierop beter gaan handhaven. 
     
    Concreet betekent dit dat de minsister de wettelijke open norm ‘werken in dienst van’ (gezagscriterium) verder wil inkleuren. Het gezagscriterium bestaat uit 3 elementen: 
    1) materiële ondergeschiktheid (toezicht, instructies etc.) 
    2) de organisatorische inbedding van het werk, en 
    3) als contra-indicatie voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst: zelfstandig ondernemerschap  
     
    Ook went het kabinet het zogenaamd ‘civielrechtelijk rechtsvermoeden van een arbeidsovereenkomst’ te koppelen aan een uurtarief. De tariefgrens hiervan wordt nog nader bepaald (mogelijk tarief tussen de 30 en 35 euro). 
     
    Het kabinet wil de handhaving op schijnzelfstandigheid verbeteren en versterken en uiterlijk op 1 januari 2025 het handhavingsmoratorium (er wordt nu alleen gehandhaafd bij evidente schending) volledig opheffen.  
     

  • Het kabinet wil het ‘leven lang ontwikkelen’ (LLO) stimuleren, en meer mensen naar werk begeleiden. 

Het is uiteindelijk de vraag hoe al deze ambities om de arbeidsmarkt te hervormen uiteindelijk vorm krijgen in specifieke wetgeving. De Minister is voornemens de benodigde wetgeving rond de zomer in internetconsultatie te brengen zodat deze in het voorjaar van 2024 aan de Tweede Kamer kan worden aangeboden. We houden de ontwikkelingen nauwlettend in de gaten.  
 
Mocht je al concrete vragen hebben wat bovengenoemde plannen kunnen betekenen voor uw organisatie, neem dan vooral contact met ons op om hierover van gedachten te wisselen. 

#werken #ondernemen #werkgever #arbeidsmarkt

Vond je dit artikel interessant? Lees dan ook zeker het volgende:

Vorige
Vorige

Wanneer is sprake van een bevestigde boeking van een vlucht? 

Volgende
Volgende

De jaarrekening van de b.v. niet of niet-tijdig gedeponeerd